Featured
Table of Contents
Organisatiegericht met de focus op praktijkoverstijgende organisatie en management Deze drie typen lichten we toe in de volgende paragrafen (Wat is de betekenis van zorgverlening). In de praktijk houden zorgverleners zich met meerdere typen tegelijk bezig. Zo is het combineren van wijkgerichte en aandoeninggerichte samenwerking zelfs te typeren als de grote uitdaging voor de eerste lijn in de komende jaren.
Goede afstemming en korte lijnen in de wijk leiden tot zorg die altijd dicht bij de patiënt beschikbaar is, meer afstem ming, kortere communicatielijnen en een betere kwaliteit van de zorg voor de patiënt - Palliatieve zorg Sint-Niklaas. Door samenwerking van de eerstelijnsdisciplines kunnen patiënten bij ziekte en/of ouderdom langer in hun eigen vertrouwde omgeving blijven en raakt de zorg voor de patiënt niet onnodig versnipperd.
Er zijn netwerken waarin speeddaten wordt gehanteerd als een vorm om elkaar beter te leren kennen. Zorgverleners nemen meestal zelf het initiatief voor zo’n wijkgerichte ontmoeting. Een (ROS-)adviseur kan daarbij ondersteuning bieden of op basis van signalen zelf een ontmoeting arrangeren. Ook zijn er gemeenten die het initiatief nemen of faciliteren met geld, ruimte of publiciteit - Zorgverlening Sinaai.
Zij brengen zorgverleners bij elkaar, bijvoorbeeld rond de doelgroepen jeugd of ouderen. Een dergelijk initiatief kan leiden tot een formeel netwerk. Daarin participeren eerstelijnswerkers op persoon lijke titel of op basis van vertegenwoordiging. Dat laatste vraagt wel om voorbereiding met en terugkoppeling aan col lega’s. Naarmate er sprake is van meer organisatie binnen en tussen eerstelijnsdisciplines is het makkelijker om dat te regelen.
Zorggroepen zijn in de praktijk nog vooral huisartsenorganisaties. Huisartsen hebben als eerste het initiatief tot samenwerking genomen en zijn aldus ‘eigenaar’ van de zorggroep. Deze monodisciplinaire oriëntatie is terug te vinden in de organisatiestructuur, waarbij de zeggenschap en de sturing in handen van huisartsen liggen. Zorgverzekeraars, die de zorg voor chronisch zieken contracteren bij zorggroepen, stellen steeds vaker de eis dat zorg groepen multidisciplinair georganiseerd zijn, wat volgens hen past bij de multidisciplinaire producten die een zorggroep levert.
Daar voor zijn twee aanleidingen: de toenemende administratieve en organisatorische belasting die aandacht van zorgverle ners weghaalt bij de zorginhoud en de tendens om meer parttime te werken. Men kiest er dan voor om zoveel mogelijk tijd te besteden aan patiëntenzorg en zo min mogelijk aan managementtaken - Palliatieve zorg Sint-Gillis-Waas. Ook kunnen financiële motieven spelen.
Samenwerking eerstelijnszorg met andere domeinen Dit hoofdstuk geeft antwoorden op de vragen: -- Welke domeinen zijn in het kader van samenwerken relevant? -- Wat speelt er binnen deze domeinen? -- Wat is daarvan van belang voor de eerste lijn? -- Hoe krijgt samenwerking met deze domeinen in de praktijk vorm (voorbeelden en verwijzingen)? Inleiding De eerste lijn raakt aan verschillende andere sectoren - Zorgverlening Waasmunster.
Continuïteit van zorg, integrale zorg (de zorgvraag niet onnodig opknippen) en benutten van kennis en ervaringen zijn daarmee cor responderende samenwerkingsmotieven - Palliatieve zorg Sint-Gillis-Waas. We verkennen de volgende domeinen: -- welzijn -- publieke gezondheidszorg -- ziekenhuiszorg -- verpleeg- en verzorgingshuiszorg -- geestelijke gezondheidszorg -- jeugdgezondheidszorg -- arbocuratieve zorg De gemeente is beleidsmaker in een aantal van deze sectoren. Zorgverlening Dendermonde.
Per domein geven we informatie, met name over voor de eerste lijn relevante ontwikkelingen. En we bekijken raak vlakken en samenwerkingsmogelijkheden ter inspiratie van samenwerkende zorgverleners. Diverse handreikingen (zie bijlage 3) kunnen daarbij helpen (Zorgverlening Daknam). Zeker wanneer eerstelijnszorgverleners hun krachten bundelen, in wat voor vorm dan ook (zie hoofdstuk 2), zijn er tal van mogelijkheden voor afstemming of samenwerking.
De eerste lijn krijgt zo een gezicht en mogelijk ook een aanspreekpunt. Dat is bijvoorbeeld aantrekkelijk voor gemeenten en publieke gezond heidspartners als de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) die de eerste lijn dichterbij willen halen. 29 Voor welke inhoud en vorm van samenwerking wordt gekozen, hangt mede af van de lokale zorgvragen, kenmerken van patiëntengroepen, of er een samenwerkingsappèl komt vanuit andere domeinen en de kans op succes - Zorgverlening De Klinge.
Dat is niet domeinspecifiek. 3. 1 Welzijn Er zijn verschillende voor de eerste lijn relevante partners op het terrein van welzijn en maatschappelijke dienstverle ning zoals algemeen maatschappelijk werk, stichting welzijn ouderen, jeugd- en jongerenwerk, buurtwerk en opbouwwerk. Deze instellingen zijn lokaal of regionaal georganiseerd, in aparte organisaties of in koepelorganisaties.
Het wettelijk kader is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Deze wet, van kracht geworden op 1 januari 2007, vervangt behalve de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg) en een beperkt deel van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) alsook de Welzijnswet (Heb ik recht op een zorgbudget?). De Wmo beoogt meer te zijn dan de optelsom van de zaken waarvoor hij in de plaats is gekomen.
Daarom is de Wmo eerst en vooral een welzijnswet. De websites van gemeenten bieden doorgaans onder de titel zorg en welzijn, jeugd/jongeren en ouderen een over zicht van de lokale welzijnsorganisaties en een doorverwijzing naar hun website(s). Wat speelt er bij welzijnsvoorzieningen wat van belang is voor de eerste lijn? -- De gemeentelijke regie in het welzijnsdomein is sterker geworden, met name door de Wmo.
De negen prestatievelden van de Wmo vormen daarvoor het uitgangs punt. In de contracten worden specifieke problemen en doelgroepen genoemd en worden speerpunten vastgelegd. Mede om dat te realiseren, is er een professionaliseringslag gaande in het welzijnswerk. Dat wordt wel ‘welzijn nieuwe stijl’ genoemd met als kenmerken: vraaggericht werken, niet vrijblijvend, door ‘streetwise’ professionals.
Welzijn, wonen en zorg komen daarbij samen. De mi nisteries van Wonen, Wijken en Integratie (WWI) en VWS streven naar een integraal beleidsterrein wonen, welzijn en zorg, dat lokaal wordt ingevuld. Ze hebben het ondersteuningsprogramma W+W+Z= Maak het samen! in het leven geroepen. Dit programma is onderdeel van het actieplan ‘Beter (t)huis in de buurt.
Eerstelijnszorgverleners komen op meerdere manieren met welzijnspartners in aanraking: -- Naar aanleiding van verwijzingen: van welzijn naar zorg of omgekeerd. Waar zorgverleners elkaar kennen en op de hoogte zijn van wie wat wel en niet doet, verlopen verwijzingen makkelijker. Afspraken over verwijzen en (terug) rapportage bevorderen dat - Hulp- en zorgverlening. Zo zijn er voorbeelden van dergelijke afspraken tussen huisartsen, eerstelijnspsycho loog en maatschappelijk werk.
Een dergelijk ontmoetingspunt is handig voor overleg rond recente verwijzingen, maar ook voor het informeren over nieuwe ontwikkelingen of het starten van nieuwe initiatieven. -- Bij lokale projecten of activiteiten, veelal op de wijk gericht of op speciale doelgroepen. Het is van belang dat zorg verleners op de hoogte zijn van díe initiatieven waarop ze patiënten kunnen attenderen, zoals ontmoetingsmoge lijkheden voor ouderen, ondersteuningsactiviteiten voor mantelzorgers of projecten voor participatie van allochtonen.
30 3. 2 Publieke gezondheidszorg De publieke gezondheidszorg richt zich op de bescherming en bevordering van de gezondheid van de gehele bevol king. Ook het beschikbaar stellen en toegankelijk maken van zorg en geneeskundige hulpverlening bij (dreigende) on gevallen en rampen (GHOR) valt hieronder. In de publieke gezondheidszorg is sprake van een maatschappelijke hulpvraag, in de reguliere gezondheidszorg van een individuele hulpvraag.
Het wettelijk kader wordt gevormd door de Wet publieke gezondheid (Wpg). Gemeenten zijn voor een groot deel verantwoordelijk voor de uitvoering van de publieke gezondheidszorg. Zij laten de meeste taken uitvoeren door de GGD (Wat vind je van onze zorgverlening?). GGD’en (er zijn er in totaal 29) richten zich de komende jaren op de speerpunten intersectoraal/integraal werken, welzijn-preventie-eerstelijnszorg, gezond ouder worden en regie zorg voor kwetsbare groepen.
Wat is in het kader van publieke gezondheidszorg van belang voor de eerste lijn? -- De GGD brengt regelmatig – per gemeente - de gezondheidssituatie van jongeren, volwassenen en ouderen in kaart in gezondheidsmonitors. Op basis daarvan voorzien zij de gemeente van adviezen, waarover de gemeenteraad uiteindelijk beslist. Dat kan leiden tot (preventieve) initiatieven en activiteiten, die de reguliere zorg raken - Zorgverlening Eksaarde.
-- In aansluiting op die monitors bereidt de GGD, op verzoek van de gemeente, het lokaal gezondheidsbeleid voor. Elke vier jaar moet een gemeente een nieuwe nota lokaal gezondheidsbeleid hebben als basis voor preventief ge zondheidsbeleid. Eerstelijnszorgverleners kunnen op basis van hun eigen gegevens en signalen bijdragen aan die nota en aan de te kiezen prioriteiten èn mede vormgeven aan de uitvoering daarvan.
Om gezamenlijke projecten te entameren of af te stemmen bij bestaande projecten. Dat gebeurt onder meer op het gebied van beweegprogramma’s en andere pre ventieve interventies zoals voor ouderen. -- Het ‘Preventie Toets Overleg’ van KNMG, LVG en GGD verbindt preventie in de eerste lijn en lokaal gezondheids beleid. Het PTO dient als brug tussen de publieke en curatieve gezondheidszorg zodat gezamenlijke preventiedoe len kunnen worden nagestreefd en interventies kunnen worden uitgevoerd - Zorgverlening Tielrode.
Kies voor zorgverlening van Thuisverpleging Bornem (Klein Brabant)Latest Posts
All In One Printer Beste Koop
Printer Offline Naar Online
Auto Opkopers - Vrijblijvend Het Beste Bod Voor Je Auto